Huiswerk maken
Huiswerk maken is niet altijd even leuk. Hoe kun je zorgen dat je én je huiswerk maakt én nog tijd over hebt voor leuke dingen?
Tip 1. Maak een planning
Als je een goede planning maakt en je daaraan houdt, hoef je bijna nooit te stressen. Schrijf daarom in je agenda wat je moet doen en wanneer. Wissel maken af met leren. En neem elk uur ook even een korte pauze.
Tip 2. Vooruit werken
Op sommige dagen heb je meer huiswerk dan op andere dagen. Probeer op rustige dagen alvast vooruit te werken.
Heb je volgende week een toets? Leer dan vanaf nu elke dag een beetje. En herhaal de volgende dag wat je de dag daarvoor hebt geleerd. Hoe vaker je de stof leert, hoe beter je het kunt onthouden.
Tip 3. Maak je eigen studieplek
Om je goed te kunnen concentreren, heb je een plek nodig waar je niet wordt afgeleid. Probeer daarom verschillende plekken in huis uit, zoals de eettafel, op de vloer in de woonkamer, aan je bureau, op de grond, of op je bed. Of ga je liever naar de bibliotheek?
Zorg ook voor genoeg frisse lucht en daglicht. En dat er niet te veel rommel op tafel of op je bureau ligt.
Tip 4. Beloon jezelf
Geef jezelf een kleine beloning als je je huiswerk af hebt. Spreek bijvoorbeeld met jezelf af: als ik deze toets voor wiskunde geleerd heb, mag ik mijn favoriete serie op tv kijken, een half uurtje gamen, of appen met vrienden.
Tip 5. Hulp inschakelen
Lukt het huiswerk maken niet? Vraag dan aan je ouders, broer, zus of klasgenoten of ze je kunnen helpen. Je kunt ook praten met de leraar of je mentor. Misschien hebben zij tips voor je. Heb je meer hulp nodig? Dan kun je ook huiswerkbegeleiding krijgen. Vraag ernaar op school.